Kat en epilepsie: hoe ga je ermee om?

Epilepsie bij katten komt weliswaar minder vaak voor dan bij honden, maar vormt een grote uitdaging voor eigenaren en dierenartsen. Deze neurologische aandoening wordt gekenmerkt door plotselinge en vaak indrukwekkende aanvallen, die gepaard gaan met spierstijfheid, stuiptrekkingen en ongewoon gedrag.

Hoe ga je om met een aanval?

Zelfs als het schokkend is om je kat te zien stuiptrekken, is het cruciaal om kalm te blijven. Ingrijpen kan je in gevaar brengen, omdat katten tijdens een aanval de controle over zichzelf verliezen.

De beste manier om je kat te helpen is om de aanval te documenteren, bij voorkeur op video. Met deze informatie kan de dierenarts een betere diagnose stellen. Verschillende aandoeningen kunnen epilepsie veroorzaken: intracraniële afwijkingen (tumor, hoofdtrauma, encefalitis, vasculair accident, aangeboren afwijking), metabole afwijkingen (intoxicatie, hypoglykemie, leverfalen) of idiopathischeepilepsie.

In het geval van een aanval is het essentieel dat je niet ingrijpt. Je kat herkent je misschien niet en kan je bijten. Laat je kat tijdens en na de aanval op een rustige plaats, zonder geluid of visuele prikkels, om de duur te beperken en verdere aanvallen te voorkomen.

Een convulsieve aanval duurt meestal een paar seconden. Als de aanval langer duurt of als er meerdere aanvallen optreden, neem dan dringend contact op met je dierenarts om intraveneuze anti-epileptica toe te dienen. Een neurologische beoordeling en bloedonderzoek, samen met beeldvorming (MRI of CT-scan), zijn vaak nodig om de oorzaak vast te stellen.

Aanvallen kunnen worden voorkomen met de juiste behandeling. Wees waakzaam voor de waarschuwingssignalen van een aanval en vermijd de factoren die tot een aanval kunnen leiden (stress, vermoeidheid, overprikkeling). Het voorkomen van een dreigende aanval is echter vrijwel onmogelijk omdat de trigger in de hersenen onzichtbaar is.

Welke behandelingen zijn er beschikbaar?

In het algemeen bestaat er geen genezing voor epilepsie. Regelmatige controles en constante communicatie tussen dierenarts en eigenaar zijn essentieel om de aandoening onder controle te houden. Behandeling is erop gericht om de frequentie van epileptische aanvallen te verminderen.

Het type behandeling hangt af van de vorm van de ziekte. Voorprimaire epilepsie is vaak levenslange medicatie nodig, zoals fenobarbital. In het geval vansecundaire epilepsie moet de onderliggende oorzaak worden behandeld, bijvoorbeeld antibiotica voor bacteriële infecties of chirurgie voor tumoren. Behandeling wordt aanbevolen als de aanvallen meer dan eens per 6 tot 8 weken voorkomen. Hetzelfde geldt als de aanvallen gegroepeerd zijn of lang aanhouden. Het doel van de behandeling, die meestal levenslang is, is om de aanvallen te verminderen of te laten verdwijnen.

Bijwerkingen van de behandeling zijn onder andere een verhoogde eetlust, dorst en gewichtstoename. Over het algemeen worden ze echter goed verdragen. Katten die een behandeling ondergaan, moeten minstens één keer per jaar een dierenarts raadplegen. Bijepilepsie van onbekende oorsprong wordt een behandeling met anticonvulsiva gestart. Bijlaesie-epilepsie is het cruciaal om de onderliggende oorzaak te behandelen.

Voordat de behandeling wordt gestart, moeten de klinische toestand van het dier, de levensstijl, motivatie, financiële middelen en het comfortniveau van de kat worden beoordeeld. Behandeling is noodzakelijk als er meer dan één aanval per maand optreedt, als er gegroepeerde aanvallen of status epilepticus optreden, of als de aanvallen bijzonder ernstig zijn met een lange post-ictale fase. Vroegtijdige behandeling verhoogt de kans op succes.

Natuurlijke alternatieven

Er bestaat een ketogeen dieet dat effectief is gebleken bij het onder controle houden van refractaire epilepsie bij kinderen. Dit dieet bevat veel vet en weinig eiwitten en koolhydraten. Er zijn echter nog geen onderzoeken gedaan bij katten.

Er zijn een aantal natuurlijke remedies die gebruikt kunnen worden omde cerebrale hyperactiviteit te kalmeren en katten die lijden aan epileptische aanvallen te helpen.

  • Vijgenboom: Het maceraat van jonge scheuten van de vijgenboom is een krachtige emotieregulator. Het werkt bij zenuwaandoeningen en stress.
  • Hulst: Verse jonge scheuten van hulst maceraat helpt bij het herstellen van spasmodische zenuwaandoeningen. Het werkt ook bloeddrukverlagend en koortswerend.
  • Jeneverbes: Jeneverbesknopmaceraat draineert het zenuwstelsel. Het wordt aanbevolen bij angstneurose. Het bevordert een rustige slaap.

Skullcap en valeriaan worden erkend voor de behandeling van epileptische aanvallen, vaak in combinatie met anti-spasmodische behandelingen. Het gebruik ervan maakt het over het algemeen mogelijk om de dosis medicatie te verminderen terwijl de aanvallen onder controle blijven, waardoor de bijwerkingen verminderen.

Voedingssupplementen met omega-3 en antioxidanten kunnen de behandeling van epileptische dieren ook verbeteren. Het is cruciaal om een stabiel dieet te handhaven en de stress van het dier te beheersen met anti-stressproducten om verdere aanvallen te voorkomen.

Fytotherapie biedt opties zoals valeriaan, bekend om zijn kalmerende en ontspannende effecten, en passiebloem, met zijn krampstillende en anxiolytische eigenschappen. Cannabidiol (CBD), dat geen bijwerkingen heeft, staat er ook om bekend epileptische aanvallen te kalmeren en de algemene conditie van het dier te verbeteren door stress en angst te verminderen.

Plaats een reactie